Op 7 februari 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een spoedverzoek tot gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, geboren in 2008. De zaak betreft een verzoek van de Stichting Jeugdbescherming Brabant, die de kinderrechter heeft verzocht om een spoedmachtiging voor de uithuisplaatsing van de minderjarige in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige, na een suïcidepoging, niet langer op de huidige locatie kan blijven en dat er dringend een veilige plek voor haar moet worden gevonden. De kinderrechter heeft de noodzaak van onmiddellijke jeugdzorg onderstreept, gezien de ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen van de minderjarige. De kinderrechter heeft de GI gemachtigd om de minderjarige uit huis te plaatsen in een gesloten accommodatie voor de duur van twee weken, van 7 februari tot 21 februari 2025. De behandeling van het verzoek voor de reguliere machtiging tot uithuisplaatsing is aangehouden, en er is een zitting gepland voor 13 februari 2025, waar de betrokken partijen hun mening kunnen geven. De kinderrechter heeft ook aangegeven dat de onafhankelijke gedragswetenschapper de minderjarige vóór de zitting moet zien en spreken.