Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
ex artikel 530 van het Wetboek van strafvordering(Sv) ten laste van de Staat voor een bedrag van:
- € 1.476,27, voor vergoeding van kosten rechtsbijstand;
- € 340,00 als forfaitaire vergoeding voor het opstellen en indienen van het verzoekschrift dan wel € 680,00 bij behandeling van het verzoekschrift in raadkamer;
- de beschikking van de enkelvoudige raadkamer van 6 december 2023 waarbij het klaagschrift ex artikel 552a Sv van verzoeker gegrond is verklaard;
- de schriftelijke reactie van de officier van justitie;
- de overige stukken in het raadkamerdossier.
2.De beoordeling
€ 1.476,27is in voldoende mate onderbouwd en komt de rechtbank billijk voor. De rechtbank zal dit bedrag toewijzen.
€ 680,00toegekend.
3.De beslissing
€ 2.156,27zal worden overgemaakt op [rekeningnummer] ten name van Stichting Beheer Derdengelden Asselt & Broere Strafrechtadvocaten, onder vermelding van “Schadevergoeding [verzoeker]/OM”.