Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- het klaagschrift op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv), ingediend op 4 juni 2024, ter griffie van deze rechtbank;
- de kennisgeving van inbeslagneming op grond van artikel 94 Sv, waaruit blijkt dat op 6 april 2024 onder klager drie telefoons in beslag zijn genomen (hierna: de telefoons);
- de reactie van de officier van justitie en
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
2.De beoordeling
3.De beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).