Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 oktober 2025 in de zaak tussen
[eiser], uit [plaats], eiser
Dienst Toeslagen (voorheen Belastingdienst/Toeslagen), verweerder.
Samenvatting
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
.De rechtbank is, net als de rechtbank Gelderland [8] , van oordeel dat met deze voorwaarde geen onredelijke invulling wordt gegeven aan de definitie ‘onbillijkheden van overwegende aard’.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep voor zover dit ziet op het beroep niet tijdig beslissen niet-ontvankelijk;
- verklaart het beroep ongegrond voor zover dit ziet op het bestreden besluit;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 51 aan eiser moet vergoeden;
- veroordeelt verweerder tot betaling van € 680,25 aan proceskosten aan eiser.