ECLI:NL:RBZWB:2025:7012
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Wraking
- Kok
- Zander
- Van de Sande
- Rechtspraak.nl
Ongegrondverklaring wrakingsverzoek in bestuursrechtelijke zaken
Op 17 oktober 2025 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van een verzoeker in verband met vier bestuursrechtelijke zaken. Het verzoek tot wraking was gericht tegen mr. De Weert, de behandelend rechter in deze zaken. De verzoeker stelde dat de rechter partijdig was en dat hij in bewijsnood verkeerde omdat hij geen toegang had gekregen tot belangrijke processtukken. De wrakingskamer heeft het verzoek ongegrond verklaard, omdat de rechter uit hoofde van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De wrakingskamer oordeelde dat de beslissing van de rechter om uitstel te verlenen voor het geven van een toelichting door de verzoeker op zijn belanghebbendheid, een procesbeslissing is waarover de wrakingskamer geen oordeel kan vellen. De verzoeker had geen objectief gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid van de rechter kunnen aantonen. De wrakingskamer besloot daarom het verzoek tot wraking ongegrond te verklaren en de behandeling van de hoofdzaken voort te zetten in de stand waarin deze zich bevonden voor de indiening van het wrakingsverzoek.