ECLI:NL:RBZWB:2025:7024

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
17 oktober 2025
Publicatiedatum
17 oktober 2025
Zaaknummer
02-800093-12
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Op 17 oktober 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van betrokkene, geboren in 1987. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de tbs met verpleging van overheidswege met twee jaar te verlengen, toegewezen. Betrokkene is eerder veroordeeld voor afpersing, bedreiging met zware mishandeling en vernieling, en zijn tbs is voor het laatst verlengd op 18 oktober 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat de tbs noodzakelijk is om de veiligheid van anderen te waarborgen, gezien het recidivegevaar dat voortvloeit uit een ziekelijke stoornis en gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. De rechtbank heeft de adviezen van de tbs-instelling en externe gedragsdeskundigen gevolgd, die allen hebben geadviseerd tot verlenging van de tbs. Betrokkene heeft in het verleden terugvallen in middelengebruik vertoond, wat zijn behandeltraject heeft bemoeilijkt. De rechtbank heeft het verzoek van de verdediging om de tbs met één jaar te verlengen afgewezen, omdat dit niet in het belang van de veiligheid van de samenleving zou zijn. De rechtbank benadrukt dat betrokkene gemotiveerd moet zijn om mee te werken aan zijn behandeling, en dat de verlenging van de tbs met twee jaar noodzakelijk is om hem de kans te geven zijn resocialisatietraject voort te zetten.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Breda
Parketnummer: 02-800093-12
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 17 oktober 2025
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 1987 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] ,
hierna: betrokkene.

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie van 2 september 2025, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna tbs) met twee jaar;
- het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 20 augustus 2012;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van april 2024 tot en met mei 2025;
- de pro-justitiarapportage (psychologisch onderzoek door [naam 1] ) van
24 juli 2025;
- de pro-justitiarapportage (psychiatrisch onderzoek door [naam 2] ) van 21 juli 2025;
- het verlengingsadvies van [kliniek 1] van 8 augustus 2025.

2.De procesgang

Betrokkene is op 20 augustus 2012 door de rechtbank Zeeland-West-Brabant veroordeeld voor afpersing, bedreiging met zware mishandeling en vernieling. Aan hem is opgelegd een gevangenisstraf van negen maanden en een tbs met verpleging van overheidswege.
De rechtbank constateert dat het hier gaat om een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De termijn van de tbs is gaan lopen op 21 oktober 2012. De tbs is voor het laatst verlengd op 18 oktober 2023 door de rechtbank Zeeland-West-Brabant. Dit is door het gerechtshof Arnhem Leeuwarden bevestigd op 28 maart 2024. Zonder een nadere voorziening eindigt de tbs op 21 oktober 2025.
Op de zitting van 3 oktober 2025 is de officier van justitie mr. E. van Aalst gehoord. Ook is betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsman mr. B.H.J. van Rhijn, advocaat te Doorn. Daarnaast is de deskundige [GZ-psycholoog] (GZ-psycholoog) gehoord.

3.Het advies van de tbs-instelling

De tbs-instelling heeft geadviseerd de tbs te verlengen met twee jaar. Betrokkene is van
11 december 2012 tot 19 mei 2022 opgenomen geweest in [kliniek 2] . Dit traject leverde echter onvoldoende vooruitgang op. Betrokkene verviel namelijk in dezelfde dynamiek als tijdens de strafbare feiten (middelengebruik en financiële problemen), waardoor de risico’s toenamen. Per 19 mei 2022 heeft betrokkene een nieuwe kans gekregen binnen [kliniek 1] , maar ook daar is hij fors terugvallen in cannabisgebruik. De tbs-instelling concludeert dat het behandelplafond is bereikt. Er is een stevige omgevingsprothese nodig, waar betrokkene zijn leven lang van kan profiteren. De verwachting is namelijk dat betrokkene zonder hulpverlening en toezicht blijft terugvallen in middelengebruik gelet op zijn gebrek aan probleembesef van dit risico en de mogelijke overvraging en overprikkeling door de maatschappij. Hierbij zal verwervingscriminaliteit optreden door de financiële problemen. Ook boosheid zal hierdoor verder oplopen vanwege de beperkingen in de autonomie van betrokkene, waardoor het risico op gewelddadig gedrag wordt vergroot. De tbs-instelling is bezig met het opstellen van een terugvalpreventieplan. Zo proberen zij te voorkomen dat een uitglijder in middelengebruik een gehele terugval wordt. Gezien de vereiste zorgvuldigheid en de hoeveelheid te nemen stappen, gaat dit nog minimaal twee jaar duren.
Op de zitting heeft de deskundige aangegeven dat betrokkene afgelopen week akkoord heeft gekregen voor transmuraal verlof niveau 2 en begeleid verlof. De eerste stappen van het resocialisatietraject worden dus gezet, maar dit moet nog verder worden vormgegeven. Als het resocialisatietraject goed verloopt, zal daarna, op basis van de verkregen ervaringen en informatie in dat traject, voor betrokkene worden gezocht naar een beschermde woonplek.

4.Het advies van de externe gedragsdeskundigen

De psycholoog heeft geadviseerd de tbs met verpleging van overheidswege te verlengen met twee jaar. Bij betrokkene is sprake van een autismespectrumstoornis, een stoornis in het gebruik van alcohol, cannabis en amfetamine en een psychotische stoornis door gebruik van een middel. Als de controle, externe structuur en begeleiding in de kliniek wegvalt, schat de psycholoog het recidiverisico in als hoog. Betrokkene is door beperkte copingvaardigheden onvoldoende in staat om gevoelens van frustratie, boosheid en teleurstelling te reguleren, waardoor hij kwetsbaar is voor terugval in middelengebruik. De te nemen stappen (aanvraag begeleid verlof en transmuraal verlof met overplaatsing naar niveau 2) zullen zeker langer duren dan één jaar.
Ook de psychiater heeft geadviseerd de tbs met verpleging van overheidswege te verlengen met twee jaar. De conclusie over de diagnostiek en de inschatting van het recidiverisico komen overeen met die van de psycholoog. Het huidige traject in de kliniek dient te worden voortgezet en er moet stapsgewijs worden toegewerkt naar resocialiseren. Betrokkene heeft nog een lang traject te gaan met het opbouwen van meer vrijheden en zelfstandigheid. Ook moet nog worden bepaald wat haalbaar is voor betrokkene en welke vervolgvoorziening aangewezen is. Hiervoor is nog geruime tijd nodig.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is op de zitting bij de vordering de tbs met twee jaar te verlengen gebleven. De grootste uitdaging voor betrokkene is de resocialisatiefase. Er moet worden gekeken hoe het gaat als betrokkene meer vrijheden heeft en er meer risico’s zijn.

6.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft op de zitting aangegeven dat de gevolgen van zijn drugsgebruik erger worden gemaakt dan dat het is. Hij misdraagt zich niet als hij drugs heeft gebruikt, maar financieel kan het wel lastig worden. Betrokkene heeft verder overal aan meegewerkt.
De verdediging heeft op de zitting verzocht de tbs niet met twee jaar, maar met één jaar te verlengen om betrokkene perspectief en motivatie te geven. Hij is een juiste weg ingeslagen en dat mag worden beloond.

7.Het oordeel van de rechtbank

De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de tbs eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en dient voort te vloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op de adviezen van de tbs-instelling en de externe gedragsdeskundigen wordt nog steeds voldaan aan dit wettelijke criterium.
Voor de termijn van de verlenging zal de rechtbank de adviezen van de tbs-instelling en de externe gedragsdeskundigen volgen. Betrokkene valt telkens terug in het gebruik van cannabis. Dit gebruik leidt niet zoals betrokkene stelt tot enkel financiële problemen, maar ook tot gedragsproblemen en op langere termijn zelfs psychoses. Dit besef heeft betrokkene nog steeds niet. Volgens de tbs-instelling is er nu sprake van een behandelplafond en wordt er gewerkt aan een terugvalpreventieplan. Betrokkene moet nog stapsgewijs werken aan het resocialisatietraject. Hij heeft pas net toestemming gekregen voor transmuraal verlof niveau 2 en begeleid verlof. Daarbij moet nog worden bepaald wat haalbaar is voor betrokkene en welke vervolgvoorziening aangewezen is. Dit hele traject gaat langer dan één jaar duren. Het uitgangspunt is dan dat de tbs-maatregel wordt verlengd met twee jaar. De rechtbank zal hier niet van afwijken om betrokkene perspectief en motivatie te geven. Betrokkene moet namelijk zelf gemotiveerd zijn om mee te werken aan een behandeling en zijn motivatie niet laten afhangen van de termijn van verlenging. Als betrokkene zelf gemotiveerd is om de behandeling te laten slagen, kan hij daarmee de snelheid en het succes van de tbs-maatregel positief beïnvloeden. De rechtbank wijst het verzoek van de verdediging om de tbs met één jaar te verlengen dus af en zal de tbs met verpleging van overheidswege met twee jaar verlengen.

8.De beslissing.

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [betrokkene] met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. W.A.H.A. Schnitzler-Strijbos, voorzitter,
mr. M.E.I. Beudeker en mr. R.J.H. de Brouwer, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. E. Andraws en is uitgesproken ter openbare zitting op 17 oktober 2025.