Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De procesafspraken
(vgl. ECLI:NL:HR:2022:1252).
4.De beoordeling van het bewijs
Criminele organisatiein de periode van 1 januari 2015 tot en met 9 oktober 2017 te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of [plaats 3] en/of [plaats 4], gemeente Gilze en Rijen en/of elders in Nederland, als leider
heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van een aantal natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 5] en andere personen welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk:
- het witwassen van voorwerpen en
- het al dan niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk telen en/of bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of vervaardigen en/of aanwezig hebben van (grote) hoeveelheden hennep en
- het plegen van voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 11a van de Opiumwet en
- het plegen van diefstal door middel van braak en/of verbreking van stroom en
- het opzettelijk vernielen, beschadigen, onbruikbaar maken van enig elektriciteitswerk en/of stoornis in de gang of in de werking van zodanig werk veroorzaken of een ten opzichte van zodanig werk genomen veiligheidsmaatregel verijdelen;
Hennepteelt (zaaksdossiers 3, 6, 8, 11 en 15)in de periode van 1 januari 2015 tot en met 16 juni 2017 te [plaats 1] en/of [plaats 2] en [plaats 3] en/of [plaats 4], gemeente Gilze en Rijen en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, al dan niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk heeft geteeld en/of bewerkt en/of verwerkt en/of bereid:
- in een pand, [adres 2] te [plaats 1] (zaaksdossier delict 3),
- in een pand, [adres 3] te [plaats 2] (zaaksdossier delict 6),
- in een pand, [adres 4] te [plaats 3] (zaaksdossier delict 8),
- in een pand, [adres 5] te [plaats 4] (zaaksdossier delict 11),
- in een pand, [adres 6] te [plaats 3] (zaaksdossier delict 15),
een grote hoeveelheid hennepplanten en/of delen daarvan bevattende hennep en/of hennepstekken, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
feit 2:medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, onder B, van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
een gevangenisstraf van 180 dagen, waarvan 73 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar;
een taakstraf van 120 uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
60 dagen.
9.Bijlage I
Criminele organisatiehij in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met 9 oktober 2017 te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of [plaats 3] en/of [plaats 4], gemeente Gilze en Rijen en/of (elders) in Nederland, als oprichter, leider en/of bestuurder
heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van een aantal natuurlijke personen, te weten [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 5] en/of een of meer (andere) perso(o)n(en)
welke organisatie tot oogmerk had het plegen van (een) misdrijf/misdrijven, namelijk:
- het (telkens) witwassen van voorwerpen en/of
- het al dan niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf (telkens) opzettelijk telen en/of bereiden en/of bewerken en/of verwerken en/of verkopen en/of afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren en/of vervaardigen en/of aanwezig hebben van (grote) hoeveelheden hennep en/of
- het (telkens) plegen van voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 11a van de Opiumwet en/of
- het (telkens) plegen van diefstal door middel van braak en/of verbreking van stroom en/of
- het (telkens) opzettelijk vernielen, beschadigen, onbruikbaar maken van enig electriciteitswerk en/of stoornis in de gang of in de werking van zodanig werk veroorzaken of een ten opzichte van zodanig werk genomen veiligheidsmaatregel verijdelen;
art 140 lid 3 Wetboek van Strafrecht
2.
Hennepteelt (zaaksdossiers 3, 6, 8, 11 en 15)hij, op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 tot en met 16 juni 2017 te [plaats 1] en/of [plaats 2] en/of [plaats 3] en/of [plaats 4], gemeente Gilze en Rijen en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, al dan niet in de uitoefening van een beroep of bedrijf (telkens) opzettelijk heeft geteeld en/of bewerkt en/of verwerkt en/of bereid, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad (onder meer):
- in een pand, [adres 2] te [plaats 1] (zaaksdossier delict 3),
- in een pand, [adres 3] te [plaats 2] (zaaksdossier delict 6),
- in een pand, [adres 4] te [plaats 3] (zaaksdossier delict 8),
- in een pand, [adres 5] te [plaats 4] (zaaksdossier delict 11),
- in een pand, [adres 6] te [plaats 3] (zaaksdossier delict 15),
en/of (telkens) heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/ofvervoerd, althans (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, een (grote) hoeveelheid hennepplanten en/of delen daarvan bevattende hennep en/of hennepstekken, in elk geval (telkens) een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;