ECLI:NL:RBZWB:2025:7454
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen door de Dienst Toeslagen en niet-ontvankelijkheid wegens niet-betaald griffierecht
Op 30 oktober 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. P.W.E. Ros, en de Dienst Toeslagen. Eiseres had beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen door de Dienst Toeslagen. De rechtbank oordeelde dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk was omdat het griffierecht niet was betaald. Volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het instellen van beroep. In deze zaak bedroeg het griffierecht € 53,-. De griffier had eiseres per aangetekende brief op 27 februari 2025 in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen twee weken te betalen. Eiseres heeft echter het griffierecht niet tijdig betaald en heeft geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven. De rechtbank concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling en verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.