4.4De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
1
op 20 mei 2024 te Breda op de openbare weg, Nieuwe Ginnekenstraat , tezamen en in vereniging met anderen, een OV-chipkaart en een horloge en een vape die geheel aan [aangever 1] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk
om dezezich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [aangever 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin
bestonden dat hij, verdachte en zijn mededaders
- die [aangever 1] met (bivak)muts(en) op/over hun hoofd, heeft benaderd en
- op een dreigende/intimiderende wijze nabij die [aangever 1] is gaan staan en
- aan die [aangever 1] – zakelijk weergegeven – meermalen heeft gevraagd wat hij bij
zich had en
- die [aangever 1] heeft vastgepakt en tegen een muur heeft geduwd en
- die [aangever 1] een mes heeft getoond/voorgehouden;
2
op 20 mei 2024 te Breda op de openbare weg, Nieuwe Ginnekenstraat , ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen een horloge, toebehorende aan [aangever 2] , en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en te doen vergezellen van geweld en bedreiging met geweld tegen [aangever 2] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, met zijn mededaders,
- die [aangever 2] met (bivak)muts(en) over hun hoofd, heeft benaderd en
- op een dreigende/intimiderende wijze nabij die [aangever 2] is gaan staan en
- die [aangever 2] heeft vastgepakt en tegen een muur heeft geduwd en
- tegen die [aangever 2] – zakelijk weergegeven – heeft gezegd dat hij, [aangever 2] , een
mooi horloge heeft en
- een greep in de richting van de horloge van die [aangever 2] heeft gedaan,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3
op 20 mei 2024 te Breda op de openbare weg, Adriaan van Bergenstraat , tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [aangeefster ] heeft gedwongen tot de afgifte van een 50 euro, toebehorende aan die [aangeefster ] , welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en zijn mededader
- die [aangeefster ] met bivakmutsen over hun hoofd,
hebbenbenaderd en
- die [aangeefster ] een mes
hebbengetoond/voorgehouden en
- tegen [aangeefster ]
hebbengezegd “geef mij alles wat jij hebt” en/of “niet schreeuwen,
anders steek ik je neer”;
4
op 20 mei 2024 te Breda op de openbare weg, de Middellaan , ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen enig goed van hun gading,
toebehorende aan [aangever 3] , en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en te doen vergezellen van geweld en bedreiging met geweld tegen [aangever 3] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, met zijn mededaders,
- die [aangever 3] heeft vastgepakt en tegen een muur heeft geduwd en
- die [aangever 3] een mes heeft getoond/voorgehouden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke spelling- of taalfouten staan, worden deze door de rechtbank verbeterd. De rechtbank stelt dat verdachte hierdoor niet in zijn belangen wordt geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.