Uitspraak
Rechtbank ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.Beslissing
een taakstraf van 240 uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
120 dagen;
een ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar;
verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto)
daarmede rijdende over de weg, kruising Backer en Ruebweg en/of Konijnenberg,
zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft
plaatsgevonden door roekeloos, in elk geval zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend,
met een hogere snelheid dan de aldaar voor personenauto’s toegestane maximum
snelheid van 70 kilometer per uur (een kruising op) te rijden en/of in elk geval te
rijden met een hogere snelheid dan ter plaatse verantwoord was, en/of
geen gevolg te geven aan een verkeersteken dat een gebod of verbod inhoudt,
immers is hij, verdachte, niet gestopt voor een voor zijn, verdachtes rijrichting
bestemd driekleurig verkeerslicht dat (3.5 seconden) rood licht uitstraalde en/of
heeft hij, verdachte, niet, althans in onvoldoende mate op het voor hem gelegen
kruispunt en/of op het verkeer gelet en/of zijn snelheid niet zodanig aangepast dat
hij, verdachte, in staat was om zijn personenauto tot stilstand te brengen binnen de
afstand waarover hij de weg kon overzien en/of waarover deze vrij was,
waardoor een ander genaamd [slachtoffer] , werd gedood;
( art 6 Wegenverkeerswet 1994 )
een motorrijtuig (personenauto), daarmee rijdende op de weg, kruising Backer en
Ruebweg en/of Konijnenberg,
met een hogere snelheid dan de aldaar voor personenauto’s toegestane maximum
snelheid van 70 kilometer per uur (een kruising op) heeft gereden en/of in elk geval
gereden met een hogere snelheid dan ter plaatse verantwoord was, en/of
geen gevolg gegeven aan een verkeersteken dat een gebod of verbod inhoudt,
immers is hij, verdachte, niet gestopt voor een voor zijn, verdachtes rijrichting
bestemd driekleurig verkeerslicht dat (3.5 seconden) rood licht uitstraalde en/of
heeft hij, verdachte, niet, althans in onvoldoende mate op het voor hem gelegen
kruispunt en/of op het verkeer gelet en/of zijn snelheid niet zodanig aangepast dat
hij, verdachte, in staat was om zijn personenauto tot stilstand te brengen binnen de
afstand waarover hij de weg kon overzien en/of waarover deze vrij was,
door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt,
althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd,
althans kon worden gehinderd;
( art 5 Wegenverkeerswet 1994 )