Op 10 februari 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een nadere beschikking gegeven over een machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, geboren in 2009. De zaak betreft een verzoek van het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Roosendaal, dat eerder een machtiging voor gesloten jeugdhulp had verkregen voor de minderjarige. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling met gesloten deuren gehouden, waarbij de minderjarige, haar moeder, haar oma en vertegenwoordigers van het college aanwezig waren. De minderjarige heeft aangegeven dat het goed met haar gaat in de jeugdzorginstelling, maar dat zij zo snel mogelijk weer thuis wil wonen. De moeder en de oma steunen het verzoek van het college, terwijl de advocaat van de minderjarige zich primair verzet tegen de verlenging van de machtiging.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige nog niet voldoende handvatten heeft om zelfstandig thuis te wonen en dat een verlenging van de machtiging noodzakelijk is om haar ontwikkeling te waarborgen. De kinderrechter heeft de wettelijke criteria voor de machtiging gesloten jeugdhulp als voldaan beschouwd en heeft het verzoek van het college om de machtiging te verlengen toegewezen. De machtiging is verlengd van 1 maart 2025 tot 1 juni 2025, met de hoop dat de minderjarige in de tussentijd de nodige ondersteuning en begeleiding ontvangt om uiteindelijk weer thuis te kunnen wonen.