Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
- bij het naderen van een in die weg gelegen voetgangersoversteekplaats ter hoogte van de Gasthuisvelden (aangegeven middels bord L2 van bijlage 1 van het RVV1990) zich onvoldoende te vergewissen of die oversteekplaats vrij was van verkeersdeelnemers en
- de snelheid van de door haar bestuurde personenauto onvoldoende aan te passen aan de omstandigheden en niet zodanig te regelen dat zij in staat was om de door haar bestuurde personenauto binnen de afstand waarover de weg vrij was tot stilstand te brengen en
- niet op te merken dat een voetganger ([slachtoffer]) doende was via die oversteekplaats genoemde weg over te steken en
- die voetganger geen voorrang te verlenen en (vervolgens) tegen die voetganger is gebotst,
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
betaling van een geldboete van € 1.000,00;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
20 dagen;
een voorwaardelijke ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor een periode van drie maanden;
voorwaardelijke deelvan de rijontzegging
niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter de tenuitvoerlegging gelast omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.
- bij het naderen van een in die weg gelegen voetgangersoversteekplaats ter hoogte van de Gasthuisvelden (aangegeven middels bord L2 van bijlage 1 van het RVV1990) zich onvoldoende te vergewissen of die oversteekplaats vrij was van verkeersdeelnemers en/of
- de snelheid van de door haar bestuurde personenauto onvoldoende aan te passen aan de omstandigheden en niet zodanig te regelen dat zij in staat was om de door haar bestuurde personenauto binnen de afstand waarover de weg vrij was tot stilstand te brengen en/of
- via een mobiele telefoon een WhatsApp-videogesprek te voeren kort voorafgaand aan en/of tijdens het verkeersongeval en/of
- niet (tijdig) op te merken dat een voetganger ([slachtoffer]) doende was via die oversteekplaats genoemde weg over te steken en/of
- die voetganger geen voorrang te verlenen en (vervolgens) tegen die voetganger is gebotst,
(Artikel art 6 Wegenverkeerswet 1994)
- terwijl verdachte ter plaatse zeer bekend was en/of
- bij het naderen van een in die weg gelegen voetgangersoversteekplaats ter hoogte van de Gasthuisvelden (aangegeven middels bord L2 van bijlage 1 van het RVV1990) zich onvoldoende heeft vergewist of die oversteekplaats vrij was van verkeersdeelnemers en/of
- de snelheid van de door haar bestuurde personenauto onvoldoende heeft aangepast aan de omstandigheden en niet zodanig heeft geregeld dat zij in staat was om de door haar bestuurde personenauto binnen de afstand waarover de weg vrij was tot stilstand te brengen en/of
- via een mobiele telefoon een WhatsApp-videogesprek heeft gevoerd kort voorafgaand aan en/of tijdens het verkeersongeval en/of
- niet (tijdig) heeft opgemerkt dat een voetganger ([slachtoffer]) doende was via die oversteekplaats genoemde weg over te steken en/of
- die voetganger geen voorrang heeft verleend,
door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd;
(Artikel art 5 Wegenverkeerswet 1994)