* verdachte maakt zich niet schuldig aan een strafbaar feit;
* verdachte werkt mee aan reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
• verdachte meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
• verdachte laat een of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien om de identiteit van verdachte vast te stellen;
• verdachte houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan
aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om verdachte te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
• verdachte helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid;
• verdachte werkt mee aan huisbezoeken;
• verdachte geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
• verdachte vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de
reclassering;
• verdachte werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met verdachte, als dat van belang is voor het toezicht;
* verdachte kan voor een time-out worden opgenomen in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) of andere instelling, als de reclassering dat nodig vindt en verdachte daarmee instemt. Deze time-out duurt totdat de reclassering of verdachte deze beëindigt, maar maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal zeven weken, tot maximaal veertien weken per jaar;
* verdachte gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden zonder toestemming van de reclassering;
* verdachte laat zich opnemen in de Forensisch Psychiatrische Afdeling (FPA) [afdeling] of andere forensische zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname start aansluitend op de detentie en duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Hieronder kan ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt verdachte mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
* verdachte laat zich behandelen door een ambulante zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start aansluitend na de klinische behandeling en duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Hieronder kan ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt.
* verdachte verblijft in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma die de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
* verdachte gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt middels urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
* verdachte gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
* verdachte heeft of zoekt op geen enkele wijze – direct of indirect – contact met [slachtoffer] , geboren op [datum 1] 1988 te [plaats 2] in [land] en [benadeelde] , geboren op [datum 2] 2003 in [land] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt;
* verdachte bevindt zich niet in [plaats 1] zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. In de resocialisatiefase of wanneer verdachte onbegeleide vrijheden krijgt, kan er Elektronische Monitoring (EM) worden ingezet, als er dan aanwijzingen zijn dat dit nodig is;