Uitspraak
1.Inleiding
2.Procesverloop
Voorts is als deskundige gehoord mevrouw [naam], klinisch psycholoog en coördinerend regiebehandelaar bij [FPC].
3.Adviezen
4.Standpunt van partijen
5.Beoordeling
6.Beslissing
1 (één)jaar.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 11 december 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, die sinds 1 november 2010 onder tbs staat. De tbs was eerder gelast door het gerechtshof 's-Hertogenbosch in 2009 vanwege openlijk geweld tegen goederen, bedreiging en diefstal met braak in vereniging. De rechtbank ontving op 9 oktober 2025 een vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de tbs, die op 27 november 2025 werd behandeld. De officier van justitie pleitte voor een verlenging van één jaar, terwijl de tbs-instelling adviseerde om de tbs met twee jaar te verlengen, gezien het recidiverisico en de huidige problematiek van de betrokkene, waaronder een antisociale persoonlijkheidsstoornis en verslavingen. De rechtbank oordeelde dat de tbs verlengd moest worden, maar met één jaar, om de ontwikkeling van de betrokkene te blijven volgen en te waarborgen dat hij de geboden vrijheden verantwoord kan hanteren. De rechtbank benadrukte dat de veiligheid van de maatschappij voorop staat en dat de belangen van de betrokkene in de toekomst steeds zwaarder gaan wegen, maar dat er op dit moment nog geen voorwaardelijke beëindiging van de tbs mogelijk is. De beslissing werd genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.