Uitspraak
1.De procedure
2.Het standpunt van de officier van justitie
3.Het standpunt van de verdediging
4.De procesafspraken
- verdachte legt geen bekennende verklaring af; de verdediging zal, onder meer door ondertekening van deze procesafspraken, aangeven dat de feiten en kwalificaties zoals tussen Openbaar Ministerie en verdediging vastgesteld in Bijlage A niet worden ontkend en er zal geen inhoudelijk verweer worden gevoerd;
- verdachte geeft aan betalingsbereid te zijn, in staat te zijn tot betaling en geen draagkrachtverweer te zullen voeren, zowel voor wat betreft zijn financiële verplichtingen voortvloeiende uit de strafzaak zelf als uit de ontnemingszaak;
- verdachte zal tevens geen (inhoudelijk of draagkracht) verweren voeren m.b.t. de berekening en vaststelling van het door hem wederrechtelijk verkregen voordeel, en ook het opleggen van de genoemde betalingsverplichting van verdachte niet betwisten;
- verdachte zal zich niet aan de tenuitvoerlegging van de straf onttrekken en zal geen appel instellen;
- het Openbaar Ministerie zal rekwireren tot schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel op een bedrag van € 30.000,- en oplegging van een betalingsverplichting tot ditzelfde bedrag;
- een (eerste) betaling van € 15.000,- dient te zijn geschied uiterlijk één maand voor de inhoudelijke behandeling op zitting.
5.Het oordeel van de rechtbank
6.De wettelijke voorschriften
7.De beslissing
€ 30.000,-.
€ 30.000,-, ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel;
600 dagen.