ECLI:NL:RBZWB:2025:9058
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens ontbreken machtiging en uittreksel handelsregister
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 18 december 2025, wordt het beroep van V.O.F. [belanghebbende] tegen de ontvanger van de Belastingdienst niet-ontvankelijk verklaard. Het beroep was ingediend op 6 mei 2025, maar de rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is omdat de gesteld gemachtigde geen machtiging heeft ingediend en ook geen uittreksel uit het handelsregister heeft overgelegd. Dit verzuim is niet tijdig hersteld, ondanks verzoeken van de rechtbank om dit te doen. De rechtbank legt uit dat iemand die namens een ander beroep instelt, op verzoek van de rechtbank een machtiging moet indienen. Het ontbreken van deze machtiging en het uittreksel uit het handelsregister maakt het onmogelijk om te beoordelen of de gesteld gemachtigde gerechtigd is om namens de belanghebbende beroep in te stellen. De rechtbank concludeert dat het beroep niet-ontvankelijk is, wat betekent dat het bestreden besluit in stand blijft en er geen proceskostenveroordeling plaatsvindt. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van deze beslissing.