ECLI:NL:RBZWO:2003:AK4404
Rechtbank Zwolle
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst van een ondernemingsraadslid in het kader van een reorganisatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle op 4 september 2003 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst van [verweerder], die als beveiliger werkzaam was bij Securitas Nederland B.V. Het verzoek tot ontbinding werd ingediend door Securitas, die als gevolg van een reorganisatie en het verlies van een beveiligingsopdracht de arbeidsplaats van [verweerder] als vervallen beschouwde. [verweerder] was sinds 1 maart 2003 lid van de ondernemingsraad en voerde aan dat zijn functie niet daadwerkelijk was vervallen en dat er voldoende mogelijkheden voor herplaatsing binnen de organisatie waren.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat Securitas onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de stelling dat herplaatsing van [verweerder] niet mogelijk was. De rechter oordeelde dat Securitas had moeten aantonen dat er geen andere functies beschikbaar waren en dat de reorganisatie daadwerkelijk noodzakelijk was. Bovendien werd het ontslagverbod voor ondernemingsraadleden in acht genomen, wat inhoudt dat het verzoek tot ontbinding alleen kon worden toegewezen als kon worden uitgesloten dat het lidmaatschap van de ondernemingsraad een rol had gespeeld in de beslissing tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter het verzoek tot ontbinding afgewezen, omdat Securitas niet voldoende had aangetoond dat het ontslag van [verweerder] gerechtvaardigd was. De rechter benadrukte dat de noodzaak van de reorganisatie niet volstond om het ontslag te rechtvaardigen zonder een gedegen onderbouwing van de onmogelijkheid tot herplaatsing. Securitas werd veroordeeld in de proceskosten van [verweerder].