ECLI:NL:RVS:2001:AD6191
Raad van State
- Hoger beroep
- P.A. Offers
- M.E.E. Wolff
- Rechtspraak.nl
Intrekking van subsidie en terugvordering van te veel betaalde bedragen na onjuiste gegevensverstrekking
In deze zaak gaat het om de intrekking van een subsidie en de terugvordering van te veel betaalde bedragen door de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Appellante, A, had een subsidie aangevraagd op basis van de Beschikking geldelijke steun eigen woningen 1984. De staatssecretaris oordeelde dat A onjuiste gegevens had verstrekt bij haar aanvraag voor een incidentele inkomenstoets. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de staatssecretaris op goede gronden had gehandeld en dat de verklaring van de zuster van appellante, Y, doorslaggevend was, ondanks haar latere herroeping van die verklaring. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat er geen aanleiding was om af te wijken van de vaste jurisprudentie die stelt dat een ondertekende verklaring in een ambtsedig proces-verbaal als uitgangspunt kan worden genomen.
De rechtbank had vastgesteld dat de staatssecretaris terecht de subsidie met ingang van 8 juli 1995 had ingetrokken, omdat het gezamenlijke inkomen van appellante en haar echtgenoot de inkomensgrenzen overschreed die in de Beschikking waren vastgesteld. De Afdeling oordeelde dat de terugvordering van de te veel betaalde subsidie ook in rechte stand kon houden. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, met verbetering van gronden, en er werden geen proceskostenveroordelingen opgelegd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 31 oktober 2001.