ECLI:NL:RVS:2001:AE4276
Raad van State
- Hoger beroep
- J.A.E. van der Does
- J.H. Roelfsema
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens verzuim in het indienen van gronden
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de arrondissementsrechtbank te Haarlem van 26 april 2001. De Raad van State heeft appellant bij aangetekende brief van 15 juni 2001 gewezen op het verzuim dat hij de gronden van zijn hoger beroep niet had vermeld. Appellant kreeg de gelegenheid om dit verzuim te herstellen tot en met 13 juli 2001. Ondanks deze waarschuwing heeft appellant de gronden van het hoger beroep niet tijdig ingediend. De Raad van State heeft vastgesteld dat het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat niet is voldaan aan de vereisten van artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht. De Raad heeft geoordeeld dat, hoewel appellant de gronden alsnog heeft ingediend, dit niet binnen de gestelde termijn is gebeurd, waardoor het hoger beroep niet in behandeling kan worden genomen. De beslissing is genomen door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, die in naam der Koningin recht doet. De uitspraak is openbaar gedaan op 2 augustus 2001.