ECLI:NL:RVS:2002:AE0704
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.J.M.S. Leyten-de Wijkerslooth
- H. Beekhuis
- J.G.C. Wiebenga
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding en onrechtmatigheid van besluit tot verwijdering ondergrondse tank
In deze zaak heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Jac. Brunt en Zn. B.V." (appellante) beroep ingesteld tegen een besluit van de burgemeester en wethouders van Hilversum (verweerders) dat hen verplichtte een ondergrondse tank te verwijderen vanwege geconstateerde verontreiniging. Dit besluit werd genomen op 8 juli 1997, waarna appellante bezwaar maakte en schadevergoeding vroeg voor de kosten van verwijdering, die volgens haar ƒ 12.304,99 (€ 5.583,76) bedroegen.
Appellante betoogde dat het advies van de Commissie Bezwaar- en Beroepschriften onzorgvuldig tot stand was gekomen, omdat een faxbericht van Isotank B.V. niet aan haar was verstrekt. De Raad van State oordeelde echter dat er geen bewijs was dat dit faxbericht was gebruikt ter motivering van het advies, waardoor het bezwaar van appellante faalde. Daarnaast stelde appellante dat verweerders ten onrechte de verplichting hadden opgelegd om de olietanks te verwijderen in plaats van te saneren. De Raad van State oordeelde dat het bezwaar tegen het besluit van 8 juli 1997 bij een later besluit van 21 april 1998 niet-ontvankelijk was verklaard, en dat dit besluit in beginsel rechtmatig was.
De Raad van State concludeerde dat de gestelde onrechtmatigheid aan het schadeveroorzakende handelen ontbrak, waardoor het verzoek om schadevergoeding terecht was afgewezen. Het beroep van appellante werd ongegrond verklaard, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in het openbaar op 27 maart 2002.