ECLI:NL:RVS:2002:AE1584
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.J.M.S. Leyten-de Wijkerslooth
- H. Beekhuis
- J.G.C. Wiebenga
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding voor extra kosten door voorschriften in milieuwetgeving bij reconstructie van de Parallelweg te Staphorst
In deze zaak hebben de burgemeester en wethouders van Staphorst, appellanten, een verzoek ingediend om schadevergoeding op grond van de Wet milieubeheer. Dit verzoek was gericht op de extra kosten die zij hebben gemaakt in verband met voorschriften die zijn verbonden aan ontheffingen verleend door de gedeputeerde staten van Overijssel. De kosten, ter hoogte van ƒ 354.920,00 (€ 161.055,67), waren gerelateerd aan de reconstructie van de Parallelweg, waarbij maatregelen moesten worden genomen om hemelwater op te vangen en te voorkomen dat dit in de bodem infiltreert.
De Raad van State heeft in zijn uitspraak van 17 april 2002 geoordeeld dat de appellanten ten onrechte niet-ontvankelijk waren verklaard in hun verzoek om schadevergoeding. De Afdeling bestuursrechtspraak oordeelde dat de extra kosten die voortvloeien uit de voorschriften van de ontheffingen wel degelijk in aanmerking komen voor vergoeding. De Raad stelde vast dat de reconstructie van de Parallelweg niet als een nieuwe activiteit kan worden aangemerkt, maar als een bestaande activiteit, aangezien de weg al voor de inwerkingtreding van de verordening was aangelegd.
De Raad vernietigde het besluit van de gedeputeerde staten van Overijssel en gelastte dat de provincie het griffierecht aan de appellanten vergoedt. De uitspraak benadrukt het belang van een deugdelijke motivering bij besluiten die betrekking hebben op schadevergoeding in het kader van milieuwetgeving. De Raad concludeerde dat de extra kosten die voortvloeien uit de voorschriften van de ontheffingen niet kunnen worden gezien als kosten die voortkomen uit de zorgplicht van de appellanten, maar als kosten die voortvloeien uit de toepassing van de Provinciale Milieuverordening.