ECLI:NL:RVS:2002:AE2578
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- C. Sparreboom
- Rechtspraak.nl
Toelating als thuiszorginstelling en vernietiging van besluit zorgverzekeringscollege
In deze zaak gaat het om de toelating van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Thuiszorg Buro Westergo B.V." als thuiszorginstelling onder de Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ). Het College voor zorgverzekeringen heeft op 26 juli 2000 het verzoek van de appellante om toelating afgewezen. Appellante heeft hiertegen bezwaar gemaakt en later beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op haar bezwaarschrift. Op 14 februari 2001 heeft het College voor zorgverzekeringen appellante alsnog toegelaten als thuiszorginstelling, maar het besluit van 26 juli 2000 bleef ongewijzigd. De Raad van State heeft de zaak behandeld op 5 april 2002, waarbij de appellante niet ter zitting verscheen, maar vertegenwoordigers van het College voor zorgverzekeringen wel aanwezig waren.
De Raad van State oordeelt dat het College voor zorgverzekeringen niet heeft onderkend dat appellante ten tijde van de beslissing op bezwaar geen belang meer had bij een inhoudelijke beoordeling van het bezwaar tegen het besluit van 26 juli 2000. Hierdoor is het beroep gegrond verklaard en is de beslissing op bezwaar vernietigd. De Raad heeft het bezwaar van appellante tegen het besluit van 26 juli 2000 niet-ontvankelijk verklaard, met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, aangezien de zaak gelijktijdig met een andere zaak is behandeld, waarin al een proceskostenveroordeling is uitgesproken.
De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en de Raad van State heeft bepaald dat het College voor zorgverzekeringen het griffierecht van appellante vergoedt. De uitspraak is openbaar gedaan op 15 mei 2002.