ECLI:NL:RVS:2002:AE4297
Raad van State
- Hoger beroep
- B. van Wagtendonk
- H. Troostwijk
- M.G.J. Parkins-de Vin
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing toevoeging rechtsbijstand door de Raad voor Rechtsbijstand Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door een appellant tegen de uitspraak van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam van 19 september 2001. De rechtbank had het beroep van de appellant tegen de afwijzing van twee aanvragen om een toevoeging, zoals bedoeld in de Wet op de rechtsbijstand, niet-ontvankelijk verklaard. De aanvragen waren afgewezen door het bureau rechtsbijstandvoorziening van de Raad voor Rechtsbijstand te Amsterdam op 15 maart 1999. De appellant had tegen deze afwijzing beroep ingesteld, maar de Raad voor Rechtsbijstand verklaarde dit beroep op 24 januari 2000 niet-ontvankelijk. De rechtbank bevestigde deze beslissing in haar uitspraak van 19 september 2001, waartegen de appellant hoger beroep instelde bij de Raad van State. De zaak werd behandeld op de zitting van 16 april 2002, maar partijen waren niet verschenen. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde dat de rechtbank op goede gronden tot haar beslissing was gekomen. De argumenten die de appellant in hoger beroep naar voren had gebracht, gaven geen aanleiding voor een ander oordeel. Het hoger beroep werd ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak werd bevestigd. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.