ECLI:NL:RVS:2002:AE8017
Raad van State
- Hoger beroep
- D.A.C. Slump
- G.A.A.M. Boot
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank te 's-Gravenhage inzake bouwvergunning met vrijstelling voor balkon en vluchtladder
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank te 's-Gravenhage, die op 16 januari 2002 een beroep van appellante ongegrond verklaarde. Appellante had bezwaar gemaakt tegen de bouwvergunning die burgemeester en wethouders van Leiden op 30 november 2000 hadden verleend aan [vergunninghouder] voor het aanbrengen van een balkon en vluchtladder op het perceel [locatie] te Leiden. Het bezwaar van appellante werd op 17 oktober 2001 door de burgemeester en wethouders ongegrond verklaard, waarna appellante in hoger beroep ging bij de Raad van State.
De Raad van State heeft de zaak op 3 september 2002 ter zitting behandeld. Tijdens deze zitting waren burgemeester en wethouders vertegenwoordigd door T. Rasser, ambtenaar der gemeente, en [vergunninghouder] was in persoon aanwezig. Appellante was niet ter zitting verschenen. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft overwogen dat de voorzieningenrechter op goede gronden tot het oordeel is gekomen dat burgemeester en wethouders bij de afweging van de betrokken belangen in redelijkheid hebben kunnen besluiten tot het verlenen van de bouwvergunning en vrijstelling.
Appellante heeft in hoger beroep geen nieuwe argumenten aangevoerd die aanleiding geven voor een ander oordeel dan dat van de voorzieningenrechter. De Afdeling heeft geconcludeerd dat het hoger beroep ongegrond is en heeft de aangevallen uitspraak bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 25 september 2002.