ECLI:NL:RVS:2003:AF4396
Raad van State
- Hoger beroep
- W. van den Brink
- E.J.J.M. van Tielraden
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake ontheffing voor autosportwedstrijd in Rucphen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Stichting Autosport Zuid-West Brabant tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Rucphen. Het college had op 22 januari 2002 het verzoek van de appellante om ontheffing op grond van artikel 148, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 afgewezen. De zaak werd ter zitting behandeld op 20 januari 2003, waarbij de appellante werd vertegenwoordigd door een bestuurslid en haar advocaat, mr. A. Groenewoud. Het college werd vertegenwoordigd door J.J.G.R. de Rooij, ambtenaar van de gemeente.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de appellante een verzoek had ingediend voor een ontheffing voor een autosportwedstrijd op 16 of 17 augustus 2002. Echter, deze datum was inmiddels verstreken, waardoor de appellante niet meer het beoogde doel van haar hoger beroep kon bereiken. Er was geen nieuw verzoek om ontheffing ingediend voor een vergelijkbare wedstrijd, en er was geen schade geleden door het niet doorgaan van het evenement. De Afdeling concludeerde dat er geen processueel belang meer was voor de appellante, en dat er dus geen rechtsvraag meer bestond die door de rechter beantwoord kon worden.
Uiteindelijk verklaarde de Afdeling het hoger beroep niet-ontvankelijk, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en werd openbaar uitgesproken op 12 februari 2003.