ECLI:NL:RVS:2003:AI0527
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.C.K.W. Bartel
- F.T.T. van der Heijde
- Rechtspraak.nl
Verzoek om opheffing of wijziging van voorlopige voorziening inzake wijzigingsplan Rivelstraat 2001
Op 14 augustus 2001 heeft het college van burgemeester en wethouders van Aalburg het wijzigingsplan "Wijziging Rivelstraat 2001" vastgesteld. Tegen dit besluit hebben verzoeker en anderen op 28 september 2001 bezwaar gemaakt. Het college heeft op 19 november 2002 de bezwaren ongegrond verklaard. Hierop hebben verzoeker en anderen op 2 januari 2003 beroep ingesteld en de Voorzitter verzocht om een voorlopige voorziening. De Voorzitter heeft op 16 mei 2003, in een eerdere uitspraak, het besluit van 19 november 2002 geschorst. Verzoeker heeft op 30 juni 2003 de Voorzitter verzocht de voorlopige voorziening op te heffen.
In de overwegingen van de uitspraak van 21 juli 2003 heeft de Voorzitter vastgesteld dat het wijzigingsplan de vestiging van een plantenkwekerij mogelijk maakt op het perceel van verzoeker. De Voorzitter heeft eerder overwogen dat hij niet overtuigd is dat de vestiging van de plantenkwekerij binnen het provinciale ruimtelijke beleid voor nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven past. Verzoeker heeft in zijn verzoek om opheffing van de voorlopige voorziening aangevoerd dat voor uitbreiding van de kas een vrijstellingsprocedure gevolgd moet worden, en dat het college erop mocht vertrouwen dat de wijzigingsbevoegdheid in overeenstemming was met het provinciaal vestigingsbeleid.
De Voorzitter heeft echter geconcludeerd dat het verzoekschrift en de ter zitting aangevoerde argumenten geen nieuwe feiten of omstandigheden bevatten die zouden kunnen leiden tot het opheffen of wijzigen van de voorlopige voorziening. Daarom heeft de Voorzitter het verzoek afgewezen. De behandeling van het geding in de bodemprocedure zal worden bespoedigd, maar er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.