ECLI:NL:RVS:2003:AI0567
Raad van State
- Hoger beroep
- D.A.C. Slump
- L. Groenendijk
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing omzetschade door waterschap Veluwe
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een appellant tegen de uitspraak van de rechtbank te Zutphen, die op 23 december 2002 zijn beroep ongegrond verklaarde. De appellant had verzocht om vergoeding van omzetschade die hij zou hebben geleden tijdens werkzaamheden aan het dijkvlak Marsstraat-’t Schol, uitgevoerd door het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap Veluwe. Het college had eerder, op 5 juli 2001, dit verzoek afgewezen. Na een ongegrond verklaard bezwaar op 27 maart 2002, heeft de appellant hoger beroep ingesteld bij de Raad van State op 25 januari 2003, met aanvullende gronden op 3 maart 2003.
Tijdens de zitting op 23 mei 2003, waar de appellant werd vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. H.H. van Steijn, en het college door mr. D. Djulbic en J.J. van den Boomgaard, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de zaak behandeld. De Afdeling concludeert dat de werkzaamheden aan het dijkvak geen significante invloed hebben gehad op de bedrijfsvoering van het café van de appellant. De werkzaamheden hebben niet geleid tot een werkelijke onderbreking van de wandelroute naar het café, en de weg naar het café was slechts twee dagen afgesloten. Bovendien was de appellant pas een jaar eigenaar van het café en was het café pas laat in de middag geopend.
Op basis van deze overwegingen heeft de Afdeling het hoger beroep ongegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 30 juli 2003.