ECLI:NL:RVS:2003:AL1506
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- R. Cleton
- P.A. Offers
- P.C.E. van Wijmen
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van goedkeuring bestemmingsplan Keatsmorra door de Raad van State
Op 24 juni 2002 heeft de gemeenteraad van Wûnseradiel, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 mei 2002, het bestemmingsplan "Keatsmorra" vastgesteld. Dit besluit werd op 21 januari 2003 goedgekeurd door het college van gedeputeerde staten van Fryslân. Tegen deze goedkeuring hebben appellanten op 14 maart 2003 beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij zij hun gronden op 10 april 2003 hebben aangevuld. De verweerder heeft in een brief van 16 mei 2003 aangegeven dat hij volstaat met een verwijzing naar zijn eerdere besluit van 21 januari 2003. De zaak is op 22 juli 2003 ter zitting behandeld, waarbij de appellanten vertegenwoordigd waren door een gemachtigde en de verweerder door mr. F. Jilderda, ambtenaar bij de provincie. Ook was de gemeenteraad van Wûnseradiel vertegenwoordigd door S. Eringa, ambtenaar bij de gemeente.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft vastgesteld dat de gemeenteraad van Wûnseradiel bij de vaststelling van het bestemmingsplan wijzigingen heeft aangebracht ten opzichte van het ontwerp. Volgens de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb) dient voorafgaand aan de terinzagelegging van het vastgestelde bestemmingsplan kennis te worden gegeven van deze wijzigingen. De Afdeling heeft geconstateerd dat niet aan deze wettelijke vereisten is voldaan, aangezien in de publicaties geen melding is gemaakt van de aangebrachte wijzigingen en de mogelijkheid voor het indienen van schriftelijke bedenkingen. Dit gebrek is van zodanige aard dat het niet kan worden genegeerd, waardoor het beroep van appellanten gegrond is verklaard.
De Raad van State heeft het besluit van het college van gedeputeerde staten van Fryslân van 21 januari 2003 vernietigd en gelast dat de provincie Fryslân het griffierecht van € 116,00 aan de appellanten vergoedt. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 24 september 2003.