ECLI:NL:RVS:2003:AN8816
Raad van State
- Hoger beroep
- D.A.C. Slump
- G.A.A.M. Boot
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen bouwvergunning voor dakopbouw in Hilversum
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank te Amsterdam, die op 9 april 2003 het beroep van appellanten ongegrond verklaarde. Appellanten, wonend te Hilversum, waren in beroep gegaan tegen de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Hilversum, dat op 16 september 2002 een bouwvergunning had verleend voor het vergroten van een woning door middel van een dakopbouw. De bouwvergunning werd verleend voor een woning gelegen aan de Marterlaan, waarbij het gebouw een hoogte van 11 meter zou bereiken.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het college de bouwvergunning niet mocht weigeren, omdat er geen weigeringsgronden waren volgens artikel 44 van de Woningwet. De voorzieningenrechter concludeerde dat het bouwwerk niet in strijd was met het bestemmingsplan en dat het college terecht had vertrouwd op het advies van de welstandscommissie, die bevestigde dat het bouwwerk voldeed aan redelijke eisen van welstand.
Appellanten voerden aan dat de welstandscommissie onzorgvuldig had gehandeld, maar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State was van mening dat het welstandsadvies geen gebreken vertoonde die het college hadden moeten weerhouden van het verlenen van de bouwvergunning. De overige bezwaren van appellanten, zoals schaduwwerking door de dakopbouw, waren niet relevant in deze procedure, aangezien deze al eerder waren beoordeeld in een andere uitspraak van de Afdeling.
Uiteindelijk oordeelde de Afdeling dat het hoger beroep ongegrond was en bevestigde de uitspraak van de voorzieningenrechter. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.