ECLI:NL:RVS:2003:AN9292
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- D. Dolman
- B. Klein Nulent
- Rechtspraak.nl
Bestemmingsplan voor glastuinbouwbedrijf in Lingewaard en verzoek om voorlopige voorziening
Op 12 december 2002 heeft de gemeenteraad van Bemmel, thans Lingewaard, het bestemmingsplan "Partiële herziening Buitengebied Huissen, glastuinbouwbedrijf aan de Hogewoerd" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft de verzoeker op 27 augustus 2003 beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij hij verzocht om een voorlopige voorziening. De behandeling van dit verzoek vond plaats op 7 november 2003, waar de verzoeker, bijgestaan door zijn advocaat mr. H.E. Davelaar, en de verweerder, vertegenwoordigd door mr. E.T. de Jong, aanwezig waren. Ook de gemeenteraad van Lingewaard was vertegenwoordigd door ambtenaren J.W. Vogel en drs. M.P. Zee, en een derde belanghebbende was aanwezig met zijn advocaat mr. D.A.J.M. Melchers.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in zijn uitspraak op 27 november 2003 geoordeeld dat het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden afgewezen. De Voorzitter heeft overwogen dat de gemeenteraad een grote mate van beleidsvrijheid heeft bij het vaststellen van de begrenzingen van een bestemmingsplan, maar dat deze vrijheid niet zo ver strekt dat er in strijd met een goede ruimtelijke ordening kan worden gehandeld. De Voorzitter concludeerde dat de goedkeuring van het bestemmingsplan door de verweerder niet onredelijk was, en dat er geen onoverkomelijke bezwaren waren tegen de milieusituatie van het plan. De afstand tussen het bouwperceel van de verzoeker en de aanduiding "zone kassen" op de plankaart was voldoende, en de werkzaamheden in de kassen zouden niet in strijd zijn met de belangen van de verzoeker.
De beslissing van de Voorzitter was dat er geen aanleiding was voor het treffen van een voorlopige voorziening, en dat het verzoek werd afgewezen. Er werd ook geen proceskostenveroordeling opgelegd.