ECLI:NL:RVS:2004:AO2956

Raad van State

Datum uitspraak
27 januari 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
200400011/2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • R.W.L. Loeb
  • M.Z.C. Koutstaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke procedure inzake openbaarmaking documenten

In deze zaak heeft de Raad van State op 27 januari 2004 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening in een bestuursrechtelijke procedure. Het verzoeker, de korpsbeheerder van de politieregio Gelderland-Zuid, had eerder een verzoek van de wederpartij om openbaarmaking van documenten afgewezen. Na een bezwaarprocedure had verzoeker het bezwaar van de wederpartij gegrond verklaard, maar de rechtbank te Arnhem had in een uitspraak van 18 november 2003 het besluit van verzoeker gedeeltelijk vernietigd. Verzoeker heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat er geen nieuwe beslissing op het bezwaar van de wederpartij hoefde te worden genomen totdat het hoger beroep was behandeld.

De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek op 15 januari 2004 ter zitting behandeld. Tijdens deze zitting heeft de wederpartij zich gerefereerd aan het oordeel van de Voorzitter. De Voorzitter heeft overwogen dat afwijzing van het verzoek tot voorlopige voorziening onomkeerbare gevolgen zou hebben. Daarom is besloten om de voorlopige voorziening toe te wijzen, zodat verzoeker geen nieuwe beslissing op het bezwaar hoeft te nemen totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 27 januari 2004.

Uitspraak

200400011/2.
Datum uitspraak: 27 januari 2004
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op verzoeken om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) hangende het hoger beroep van:
de korpsbeheerder van de politieregio Gelderland-Zuid,
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank te Arnhem van 18 november 2003 in het geding tussen:
[wederpartij], wonend te [woonplaats]
en
verzoeker.
1. Procesverloop
Bij besluit van 3 april 2000 heeft verzoeker een verzoek van [wederpartij] om een aantal documenten openbaar te maken afgewezen.
Bij besluit van 29 juni 2000 heeft verzoeker het daartegen door [wederpartij] gemaakte bezwaar onder aanpassing van dat besluit gegrond verklaard.
Bij uitspraak van 18 november 2003, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank te Arnhem (hierna: de rechtbank) het daartegen door [wederpartij] ingestelde beroep gegrond verklaard en dat besluit gedeeltelijk vernietigd.
Tegen deze uitspraak heeft verzoeker bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 30 december 2003, hoger beroep ingesteld. Voorts heeft hij de Voorzitter verzocht bij wijze van voorlopige voorziening te bepalen dat hangende hoger beroep niet opnieuw op het door [wederpartij] ingediende bezwaarschrift behoeft te worden beslist.
De Voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 15 januari 2004, waar verzoeker, vertegenwoordigd door mr. J.J.W. van Ingen, advocaat te Nijmegen, en [wederpartij], in persoon, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Afwijzing van het verzoek zal tot onomkeerbare gevolgen leiden. Nu [wederpartij] zich voorts ter zitting aan het oordeel van de Voorzitter heeft gerefereerd, bestaat aanleiding voor het treffen van na te melden voorziening.
2.2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat verzoeker geen nieuwe beslissing op het bezwaar hoeft te nemen, voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
Aldus vastgesteld door mr. R.W.L. Loeb, als Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M.Z.C. Koutstaal, ambtenaar van Staat.
w.g. Loeb w.g. Koutstaal
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 27 januari 2004
383.