ECLI:NL:RVS:2004:AQ5989
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Th.G. Drupsteen
- D.A.B. Montagne
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake vergunning voor paardenfokkerij in Gilze en Rijen
Op 6 april 2004 verleende het college van burgemeester en wethouders van Gilze en Rijen een vergunning voor het oprichten en in werking hebben van een paardenfokkerij. Dit besluit werd door verzoekers betwist, die op 10 mei 2004 bij de Raad van State een verzoek indienen om een voorlopige voorziening te treffen. De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 8 juli 2004 ter zitting behandeld, waarbij verzoekers en hun gemachtigde, alsook de vertegenwoordigers van de verweerder en vergunninghouder aanwezig waren.
De Voorzitter overweegt dat de vergunningaanvraag voldoende informatie bevatte voor een goede beoordeling van de milieu-effecten. Verzoekers stelden dat de aanvraag onjuist en onvolledig was, maar de Voorzitter concludeert dat de aangevoerde bezwaren niet opwegen tegen de verleende vergunning. Daarnaast vreesden verzoekers voor geluidoverlast, maar de Voorzitter oordeelt dat het akoestisch onderzoek dat door verweerder is uitgevoerd, voldoende aantoont dat de geluidgrenswaarden kunnen worden nageleefd. De Voorzitter wijst erop dat de kwestie van het gebruik van de inrit een privaatrechtelijke aangelegenheid is en niet in deze procedure aan de orde kan komen.
Uiteindelijk besluit de Voorzitter het verzoek om een voorlopige voorziening af te wijzen, omdat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de uitkomsten van het akoestisch onderzoek en de vergunninghouder kan voldoen aan de gestelde voorschriften. De beslissing wordt openbaar uitgesproken op 26 juli 2004.