ECLI:NL:RVS:2004:AR2910
Raad van State
- Hoger beroep
- W. van den Brink
- P.A. Offers
- T.M.A. Claessens
- S.C. van Tuyll van Serooskerken
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake openbaarmaking van dossierstukken door de Raad voor de Kinderbescherming
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door een appellant tegen een uitspraak van de rechtbank Alkmaar van 25 november 2003. De appellant had een verzoek ingediend om openbaarmaking van stukken uit het dossier van de Raad voor de Kinderbescherming. De Raad had hem eerder een acceptgiro gestuurd voor de afgifte van 29 kopieën van deze stukken, waarvoor een bedrag van € 4,50 verschuldigd was. De Raad stelde dat de informatie pas zou worden verstrekt na betaling van dit bedrag. De rechtbank verklaarde het beroep van de appellant niet-ontvankelijk, wat de appellant niet kon accepteren. Hij stelde hoger beroep in bij de Raad van State, waarbij hij zijn gronden aanvulde in brieven van 6 januari en 11 februari 2004. De minister van Justitie diende een antwoord in op 12 maart 2004. Tijdens de zitting op 9 augustus 2004 was de minister vertegenwoordigd, maar de appellant verscheen niet. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State overwoog dat de rechtbank terecht had geconcludeerd dat de appellant geen procesbelang had bij de beoordeling van zijn verzoek, aangezien de stukken na betaling aan hem zouden worden toegezonden. Het hoger beroep werd ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak werd bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gedaan op 29 september 2004.