200405954/1.
Datum uitspraak: 10 augustus 2004
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
de vereniging 'Europa Transparant', gevestigd te Breda,
appellante,
het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
verweerder.
Bij besluit van 7 juli 2004 heeft de Kiesraad, te dezen handelend als centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, voor de vereniging 'Politieke Vereniging 'Nederland Transparant'' (hierna: Nederland Transparant) op haar verzoek de aanduiding 'Nederland Transparant' geregistreerd voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Tegen dit besluit heeft appellante bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 19 juli 2004, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 22 juli 2004.
Bij brief van 26 juli 2004 heeft de Kiesraad een verweerschrift ingediend.
Bij brief van 26 juli 2004 heeft Nederland Transparant een reactie ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 3 augustus 2004, waar appellante, vertegenwoordigd door mr.drs. A.C.M. Brom, de Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. C. Borman, Lid van de Kiesraad, en Nederland Transparant, vertegenwoordigd door [gemachtigde], zijn verschenen.
2.1. Het beroepschrift is ingediend door de vereniging 'Europa Transparant' en namens haar ondertekend door haar [secretaris]. Bij de hiervoor vermelde brief van 22 juli 2004 is voorts een door [partij] afgegeven machtiging overgelegd, gedateerd 19 juli 2004, waarbij deze [secretaris] machtigt namens hem te handelen. Niet in geschil is dat [partij] ten tijde van de machtiging bestuurslid van de vereniging was en bevoegd tot machtiging. Dat hij, naar Nederland Transparant stelt, inmiddels geen bestuurslid meer is en de machtiging is afgegeven na afloop van de beroepstermijn, heeft niet de betekenis die Nederland Transparant daaraan gehecht wenst te zien. Voor een niet-ontvankelijkverklaring van het beroep bestaat ook overigens geen grond.
2.2. De Kiesraad heeft tot registratie besloten, omdat de aanduiding niet geheel of in hoofdzaak overeenstemt met een reeds geregistreerde aanduiding van een andere politieke groepering ten behoeve van de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer en evenmin anderszins misleidend is voor de kiezer. Daarbij heeft hij in aanmerking genomen dat de toevoeging 'Transparant' een algemeen begrip is dat niet door een politieke groepering kan worden geclaimd.
2.3. Appellante heeft aan de verkiezing van de leden van het Europees Parlement deelgenomen onder de daartoe geregistreerde aanduiding 'Europa Transparant'. Indien voor de verkiezing voor de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal voor Nederland Transparant de door haar gewenste aanduiding wordt geregistreerd en zij vervolgens onder die aanduiding op de kandidatenlijst wordt vermeld, kan bij de kiezer de indruk worden gewekt dat het gaat om een onderdeel van, of een partij op nationaal niveau ressorterende onder, appellante, terwijl daarvan geen sprake is. Aan deze mogelijkheid heeft de Kiesraad ten onrechte niet de betekenis gehecht die daaraan ingevolge artikel G1, vierde lid, aanhef en onder c, van de Kieswet gehecht moest worden.
2.4. Het beroep is gegrond en het besluit van 7 juli 2004 dient te worden vernietigd. Hetgeen overigens in beroep is aangevoerd, kan reeds hierom onbesproken blijven. In het vorenoverwogene ziet de Afdeling aanleiding het verzoek van Nederland Transparant met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht alsnog af te wijzen.
2.5. Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen, is niet gebleken.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. verklaart het beroep gegrond;
II. vernietigt het besluit van het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 7 juli 2004, Kiesraad 2003;
III. wijst het verzoek van de vereniging 'Politieke Vereniging 'Nederland Transparant'' om registratie van de aanduiding 'Nederland Transparant' als aanduiding, waarmee zij voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal op de kandidatenlijst wordt vermeld, af;
IV. bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde besluit;
V. gelast dat de Kiesraad aan appellante het door haar voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 273,00 vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. R.W.L. Loeb, Voorzitter, en mr. H. Troostwijk en mr. T.M.A. Claessens, Leden, in tegenwoordigheid van mr. O. van Loon, ambtenaar van Staat.
w.g. Loeb w.g. Van Loon
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 10 augustus 2004