ECLI:NL:RVS:2004:AR6748
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- R.W.L. Loeb
- J.H. Roelfsema
- Rechtspraak.nl
Weigering bouwvergunning voor tweede woning op perceel in Steenwijkerland
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 25 november 2004 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een hoger beroep. Het geschil betreft de weigering van een bouwvergunning door het college van burgemeester en wethouders van Steenwijkerland voor het oprichten van een tweede woning op een perceel in Steenwijkerland. De verzoeker had op 19 juli 2002 een bouwvergunning aangevraagd, welke was geweigerd. Na een bezwaarprocedure, waarin het college het bezwaar ongegrond verklaarde, heeft de rechtbank Zwolle op 8 september 2004 het beroep van de verzoeker gegrond verklaard en de weigering van de bouwvergunning vernietigd. De rechtbank oordeelde dat er van rechtswege bouwvergunning was verleend op 18 februari 2002.
Tegen deze uitspraak heeft de verzoeker hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 11 november 2004 is het verzoek behandeld. De Voorzitter heeft overwogen dat de belangen die bij de vraag of er van rechtswege bouwvergunning is verleend, niet zodanig spoedeisend zijn dat er aanleiding is om de gevraagde voorlopige voorziening te treffen. De verzoeker heeft verklaard dat er met de bouw niet zal worden begonnen totdat in rechte is vastgesteld dat er een bouwvergunning is verleend. Daarom heeft de Voorzitter het verzoek afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.