Uitspraak
200408326/2in de kosten veroordeeld, zodat gelet op de samenhang met die zaak geen kostenveroordeling in deze zaak wordt uitgesproken.
Raad van State
Op 3 december 2004 heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een bouwvergunning die door het college van burgemeester en wethouders van Littenseradiel op 29 augustus 2001 was geweigerd voor de bouw van een windturbine met een ashoogte van 40 meter. De verzoekster, de vereniging 'It Fryske Gea', heeft hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, die op 31 augustus 2004 het beroep ongegrond had verklaard. De verzoekster heeft op 8 oktober 2004 verzocht om een voorlopige voorziening, die op 18 november 2004 ter zitting werd behandeld.
Tijdens de zitting zijn de verzoekster en haar advocaat, mr. J. Veltman, aanwezig geweest, evenals vertegenwoordigers van het college en de vergunninghouder. De Voorzitter heeft overwogen dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. De Voorzitter heeft vastgesteld dat het college in een eerder besluit op 24 oktober 2003 de bouwvergunning voor een windturbine met een ashoogte van 35 meter had verleend, maar dat het herziene bestemmingsplan geen windturbines toestaat. Dit leidde tot de conclusie dat de bouwvergunning voor de 40 meter hoge turbine niet op voorhand kon worden verleend.
De Voorzitter heeft besloten om de voorlopige voorziening te treffen door het besluit van het college van 24 oktober 2003 te schorsen en heeft bepaald dat de gemeente Littenseradiel het griffierecht van € 409,00 aan de verzoekster moet vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 3 december 2004.