Uitspraak
200408326/2in de kosten veroordeeld, zodat gelet op de samenhang met die zaak geen kostenveroordeling in deze zaak wordt uitgesproken.
Raad van State
Op 3 december 2004 heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Dit verzoek was ingediend door de vereniging 'It Fryske Gea' tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Littenseradiel, die op 19 en 26 februari 2002 een vrijstelling en bouwvergunning verleenden voor de bouw van een windturbine met een ashoogte van 40 meter. De vereniging had eerder bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, wat leidde tot een herziening van de bouwvergunning, waarbij de ashoogte werd verlaagd naar 35 meter. De rechtbank Leeuwarden had het beroep van de vereniging tegen deze herziening ongegrond verklaard op 31 augustus 2004.
De Voorzitter heeft het verzoek om voorlopige voorziening behandeld op 18 november 2004, waarbij de verzoekster en vertegenwoordigers van het college en de vergunninghouder aanwezig waren. De Voorzitter oordeelde dat de bouwvergunning voor de windturbine met een ashoogte van 35 meter in strijd was met het herziene bestemmingsplan, dat windturbines niet toestaat. Dit leidde tot de conclusie dat de eerdere beslissing van het college om de bouwvergunning te verlenen niet op voorhand buiten twijfel was en dat de aangevallen uitspraak in de bodemprocedure in stand zou blijven.
De Voorzitter heeft daarom besloten om het besluit van het college van 24 oktober 2003 te schorsen en heeft de gemeente Littenseradiel gelast om het griffierecht van € 409,00 aan de verzoekster te vergoeden. Deze uitspraak heeft een voorlopig karakter en is niet bindend voor de bodemprocedure.