ECLI:NL:RVS:2004:AR7112
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.R. Schaafsma
- G.K. Klap
- Rechtspraak.nl
Afwijzing handhavingsverzoek tegen gebruik uitweg vergunninghouder
In deze zaak heeft de Raad van State op 8 december 2004 uitspraak gedaan over een handhavingsverzoek dat was ingediend door een appellant tegen het gebruik van een uitweg door een vergunninghouder. Het verzoek om handhavend op te treden werd door de gemeente Rheden afgewezen. De appellant stelde dat de vergunninghouder, op basis van een Hinderwetvergunning uit 1967, alleen gebruik mocht maken van de in- en uitrit aan de Dorpsstraat en dat het gebruik van de in- en uitrit aan de Veerweg niet gelegaliseerd kon worden zonder een vergunning. De appellant voerde aan dat het aannemersbedrijf van plan was een loods op te richten, wat zou leiden tot een intensiever gebruik van de Veerweg.
De gemeente Rheden verklaarde het bezwaar van de appellant ongegrond, en de zaak werd ter zitting behandeld op 23 november 2004. De vergunninghouder was vertegenwoordigd door een advocaat en een gemachtigde. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State overwoog dat de Hinderwetvergunning betrekking had op een benzinestation en dat de bedrijfsactiviteiten inmiddels waren gewijzigd naar een aannemersbedrijf dat onder het Besluit bouw- en houtbedrijven milieubeheer valt. De Afdeling concludeerde dat het aannemersbedrijf op de juiste wijze had gemeld en dat het gebruik van de in- en uitrit niet in strijd was met het Besluit.
De Afdeling oordeelde dat de gemeente terecht het verzoek om handhavend op te treden had afgewezen, en dat de stelling van de appellant over toekomstig intensiever gebruik niet relevant was voor de beoordeling. Het beroep van de appellant werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin.