ECLI:NL:RVS:2004:AR7943
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- S.W. Schortinghuis
- Rechtspraak.nl
Weigering bouwvergunning voor damwand en betonvloeren in Hillegom
In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van Hillegom op 28 februari 2003 een bouwvergunning geweigerd aan de wederpartij voor het plaatsen van een damwand, betonvloeren en keerwanden op een perceel aan de Leidsestraat achter de watertoren te Hillegom. De wederpartij heeft bezwaar gemaakt tegen deze weigering, maar het college heeft dit bezwaar op 17 juli 2003 ongegrond verklaard. Hierop heeft de wederpartij beroep ingesteld bij de arrondissementsrechtbank 's-Gravenhage, die op 13 augustus 2004 het beroep gegrond heeft verklaard. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en het college opgedragen een nieuw besluit te nemen, rekening houdend met de overwegingen in de uitspraak.
Tegen deze uitspraak heeft het college op 15 september 2004 hoger beroep ingesteld bij de Raad van State. In het kader van dit hoger beroep heeft het college op 10 november 2004 verzocht om een voorlopige voorziening, zodat het college geen nieuwe beslissing op bezwaar hoeft te nemen voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. De Voorzitter heeft het verzoek op 2 december 2004 ter zitting behandeld, waarbij zowel het college als de wederpartij vertegenwoordigd waren.
De Voorzitter heeft vastgesteld dat het college het oordeel van de rechtbank, dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd was, niet heeft betwist. Het college moet een nieuwe beslissing op bezwaar nemen, waarbij het rekening kan houden met nieuwe feiten en omstandigheden. De Voorzitter heeft geconcludeerd dat er geen aanleiding is om de gevraagde voorlopige voorziening te treffen, aangezien het college heeft aangegeven in staat te zijn om voor 1 februari 2005 een nieuwe beslissing te nemen. Uiteindelijk heeft de Voorzitter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.