ECLI:NL:RVS:2005:AS2167
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- T.M.A. Claessens
- S.W. Schortinghuis
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bouwvergunning voor woningen in Westland
Op 6 januari 2005 heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan over verzoeken om een voorlopige voorziening in het kader van hoger beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de voormalige gemeente Naaldwijk, thans Westland. Het college had op 8 mei 2001 vrijstelling en bouwvergunning verleend voor het oprichten van vijf vrijstaande en twee geschakelde woningen op percelen gelegen aan de [locatie] te [plaats]. Verzoekers, [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2], hebben tegen deze vergunning hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De verzoeken zijn ingediend bij de Raad van State op respectievelijk 2 en 25 december 2004.
De Voorzitter heeft de verzoeken op 16 december 2004 ter zitting behandeld. Verzoeker sub 1 was vertegenwoordigd door mr. drs. B.J.P.M. Zwinkels, terwijl verzoeker sub 2 in persoon verscheen, bijgestaan door mr. J. Geelhoed. Het college werd vertegenwoordigd door mr. D. Otto en ir. H.G. Bos. Tijdens de zitting is onder andere besproken of er een rechtsgeldige basis was voor de procedure op basis van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO), gezien het ontwerp-bestemmingsplan "Honselersdijk".
De Voorzitter oordeelde dat de verzoeken om voorlopige voorziening moesten worden afgewezen. Er was geen reden om aan te nemen dat de aangevallen uitspraak in de bodemprocedure niet in stand zou kunnen blijven. De Voorzitter concludeerde dat de vrijstelling en bouwvergunning rechtmatig waren verleend en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 6 januari 2005.