ECLI:NL:RVS:2005:AS6175
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.C.K.W. Bartel
- F.W.M. Kooijman
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen goedkeuring bestemmingsplan door gemeenteraad Breukelen
Op 25 november 2003 heeft de gemeenteraad van Breukelen het bestemmingsplan "Noord" vastgesteld. Dit besluit werd op 29 juni 2004 goedgekeurd door het college van gedeputeerde staten van Utrecht. Tegen deze goedkeuring heeft verzoeker op 19 september 2004 beroep ingesteld bij de Raad van State, met het verzoek om een voorlopige voorziening. De behandeling van dit verzoek vond plaats op 11 januari 2005, waarbij de gemeenteraad van Breukelen en de provincie Utrecht vertegenwoordigd waren.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in zijn uitspraak op 8 februari 2005 geoordeeld dat het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden afgewezen. De Voorzitter merkte op dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. Hij concludeerde dat er geen spoedeisend belang was voor het treffen van een voorlopige voorziening, aangezien het college van burgemeester en wethouders niet op korte termijn gebruik zal maken van de wijzigingsbevoegdheid die in het bestemmingsplan is opgenomen.
De Voorzitter heeft verder aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum, 8 februari 2005, en is vastgelegd door de Voorzitter en de ambtenaar van Staat.