ECLI:NL:RVS:2005:AS6210
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Th.G. Drupsteen
- W.M.P. van Gemert
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in milieubeheerzaak
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 11 februari 2005 uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door een verzoeker tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Coevorden, dat op 26 oktober 2004 een revisievergunning had verleend aan een vergunninghoudster voor een agrarisch bedrijf. Deze vergunning, verleend krachtens de Wet milieubeheer, stelde de vergunninghoudster in staat om 80 stuks rundvee te houden op het perceel gelegen te [plaats]. De vergunning werd op 4 november 2004 ter inzage gelegd, waarna de verzoeker op 13 december 2004 beroep instelde en verzocht om een voorlopige voorziening.
Tijdens de zitting op 3 februari 2005 heeft de Voorzitter het verzoek behandeld. De verzoeker voerde aan dat het perceel waarop de vergunning betrekking heeft, niet door de vergunninghoudster kan worden gebruikt, omdat het gebruiksrecht bij hem berust. De Voorzitter overwoog echter dat deze kwestie van gebruiksrecht een privaatrechtelijke aangelegenheid is en geen rol speelt bij de beoordeling van de vergunning op basis van de Wet milieubeheer. De vergunning kan alleen worden geweigerd in het belang van de bescherming van het milieu, en er was geen aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter concludeerde dat de verzoeker geen nieuwe argumenten had aangedragen die de weerlegging van de bedenkingen door verweerder in het bestreden besluit onjuist zouden maken. Daarom werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 11 februari 2005.