ECLI:NL:RVS:2005:AT0527

Raad van State

Datum uitspraak
10 maart 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
200500472/1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • Th.G. Drupsteen
  • C. Sparreboom
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening in verband met geluidhinder door spoorvervoer

In deze zaak heeft de vereniging 'Belangenvereniging Aanwonenden Spoorlijn' op 24 november 2004 een verzoek ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van Reimerswaal. Dit verzoek was gericht op het treffen van handhavingsmaatregelen op basis van de Wet geluidhinder en de Wet milieubeheer, omdat de besloten vennootschap 'Prorail' zich niet zou houden aan de verplichtingen van artikel 19 van het Besluit geluidhinder spoorwegen. De verzoekster ondervond geluidhinder als gevolg van de activiteiten van Prorail.

De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek ter zitting behandeld op 1 maart 2005. Verzoekster was vertegenwoordigd door ir. P.J. Gruijters, A. van Wijnen en A. Reimerink, terwijl de verweerder, het college van burgemeester en wethouders van Reimerswaal, werd vertegenwoordigd door mr. A.J. van den Berge. Daarnaast was Prorail aanwezig, vertegenwoordigd door mr. J.A.M. van der Velden, R.R. Lourijsen en J. laFeber.

Tijdens de zitting is gebleken dat de verweerder op 18 januari 2005 een besluit heeft genomen op het verzoek van verzoekster van 24 november 2004. De Voorzitter oordeelde dat verzoekster geen belang meer had bij de beoordeling van het verzoek om voorlopige voorziening, omdat het doel van het verzoek inmiddels was bereikt. Desondanks werd de gemeente Reimerswaal gelast om het door verzoekster betaalde griffierecht van € 136,00 te vergoeden, aangezien het verzoek zich richtte tegen het niet tijdig nemen van een besluit.

De beslissing van de Voorzitter was als volgt: het verzoek om voorlopige voorziening werd afgewezen, maar de gemeente werd verplicht om het griffierecht te vergoeden. Deze uitspraak werd openbaar uitgesproken op 10 maart 2005.

Uitspraak

200500472/1.
Datum uitspraak: 10 maart 2005
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid "Belangenvereniging Aanwonenden Spoorlijn", gevestigd te Goes,
verzoekster,
en
het college van burgemeester en wethouders van Reimerswaal,
verweerder.
1. Procesverloop
Verzoekster heeft bij brief van 24 november 2004 verweerder verzocht krachtens de Wet geluidhinder in samenhang met de Wet milieubeheer handhavingsmaatregelen te treffen ten aanzien van het niet naleven door de besloten vennnootschap met beperkte aansprakelijkheid "Prorail" van de verplichtingen van artikel 19 van het Besluit geluidhinder spoorwegen als gevolg waarvan door verzoekster geluidhinder wordt ondervonden.
Bij brief van 12 januari 2005, bij de Raad van State ingekomen op 13 januari 2005, heeft verzoekster de Voorzitter verzocht hangende haar bezwaar in deze aangelegenheid een voorlopige voorziening te treffen wegens het niet tijdig nemen van een beslissing op dit verzoek.
De Voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 1 maart 2005, waar verzoekster, vertegenwoordigd door ir. P.J. Gruijters, A. van Wijnen en A. Reimerink, gemachtigden, en verweerder, vertegenwoordigd door
mr. A.J. van den Berge, gemachtigde, zijn verschenen.
Voorts is Prorail, vertegenwoordigd door mr. J.A.M. van der Velden, advocaat te Breda, en R.R. Lourijsen en J. laFeber, gemachtigden, daar gehoord.
2. Overwegingen
2.1. Hetgeen verzoekster met haar verzoek om voorlopige voorziening kennelijk nastreeft, is bereikt aangezien verweerder bij besluit van 18 januari 2005, heeft beslist op het door verzoekster ingediende verzoek van 24 november 2004. Voor het oordeel dat verzoekster niettemin nog belang heeft bij de beoordeling van het verzoek om voorlopige voorziening bestaat geen grond.
2.2. Het verzoek dient te worden afgewezen.
2.3. Nu het verzoek van verzoekster zich richtte tegen het niet tijdig nemen van een besluit en niet te vroeg is gedaan, ziet de Voorzitter evenwel aanleiding de gemeente Reimerswaal te gelasten het door verzoekster voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht te vergoeden. Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen, is niet gebleken.
3. Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. wijst het verzoek af;
II. gelast dat de gemeente Reimerswaal aan verzoekster het door haar voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 136,00 vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. Th.G. Drupsteen, als Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. C. Sparreboom, ambtenaar van Staat.
w.g. Drupsteen w.g. Sparreboom
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 10 maart 2005
195-433.