ECLI:NL:RVS:2005:AT4205
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Th.G. Drupsteen
- P.A. de Vink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake bestuurlijke handhaving melkrundveehouderij
In deze zaak gaat het om een verzoek om voorlopige voorziening dat is ingediend door verzoekers tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Dit besluit, genomen op 17 januari 2005, betreft de afwijzing van een verzoek om toepassing van bestuurlijke handhavingsmiddelen met betrekking tot een melkrundveehouderij op een specifiek perceel. Verzoekers hebben bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing en hebben de Voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De zitting vond plaats op 31 maart 2005, waar zowel verzoekers als verweerder aanwezig waren, evenals de vergunninghoudster.
De Voorzitter overweegt dat er ten tijde van het bestreden besluit sprake was van een overtreding van de Wet milieubeheer, wat de mogelijkheid tot handhaving rechtvaardigt. Verweerder had het verzoek om handhaving afgewezen op basis van de stelling dat er concreet uitzicht op legalisatie bestond. Verzoekers betwisten deze afwijzing en stellen dat de activiteiten van de melkrundveehouderij aanzienlijke overlast veroorzaken en dat er geen zekerheid is over de verlening van een nieuwe vergunning.
De Voorzitter concludeert dat er inderdaad uitzicht op legalisatie was, aangezien er al een ontwerpbesluit tot verlening van een nieuwe vergunning was genomen. De omstandigheid dat er tegen dit ontwerpbesluit bedenkingen zijn ingediend, doet hier niet aan af. De Voorzitter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er geen reden is om te twijfelen aan de redelijkheid van de afwijzing door verweerder. Tevens wordt er geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is gedaan op 13 april 2005.