ECLI:NL:RVS:2005:AT7426
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- E.D. Boer
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bewoning woonboot in Klaroeskavijver te Chaam
Op 9 augustus 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders van Alphen-Chaam een besluit genomen waarbij verzoeker werd gelast de bewoning van een woonboot in de Klaroeskavijver te Chaam te staken, onder oplegging van een dwangsom. Verzoeker heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard door het college op 23 februari 2005. Vervolgens heeft verzoeker beroep ingesteld bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Breda, die op 22 maart 2005 het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft verzoeker hoger beroep ingesteld bij de Raad van State en verzocht om een voorlopige voorziening.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 26 mei 2005 behandeld. Tijdens deze zitting was verzoeker aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde, en het college was vertegenwoordigd door een ambtenaar. De Voorzitter heeft de argumenten van beide partijen gehoord. Het college stelde dat de woonboot een bouwwerk is en onder het overgangsrecht van het bestemmingsplan valt, maar dat het gebruik voor woondoeleinden niet beschermd is. De voorzieningenrechter volgde het college gedeeltelijk, maar kwam tot een vergelijkbare conclusie.
De Voorzitter oordeelde dat verzoeker groot belang heeft bij het mogen bewonen van de woonboot, vooral omdat het niet uitgesloten kan worden dat de bewoning al enige tijd plaatsvond. Er waren geen dringende belangen van het college die het hoger beroep in de weg stonden. Daarom besloot de Voorzitter om de besluiten van het college te schorsen en het college te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht aan verzoeker. De beslissing werd op 9 juni 2005 openbaar uitgesproken.