200408219/1.
Datum uitspraak: 15 juni 2005
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellanten], wonend te [woonplaats],
tegen de uitspraak in zaak no. Awb 03/1377 WW 44 van de rechtbank Leeuwarden van 3 september 2004 in het geding tussen:
de vereniging "It Fryske Gea", gevestigd te Leeuwarden
het college van burgemeester en wethouders van Littenseradiel.
Bij besluit van 29 november 2001 heeft het college van burgemeester en wethouders van Littenseradiel (hierna: het college) aan appellanten bouwvergunning geweigerd voor een windturbine met een ashoogte van 40 m op het perceel [locatie] te [plaats] (hierna: het perceel).
Nadat het college appellanten in de gelegenheid heeft gesteld het bouwplan aan te passen heeft het bij besluit van 24 oktober 2003 het daartegen gemaakte bezwaar gegrond verklaard, het besluit van 29 november 2001 herroepen en alsnog bouwvergunning verleend voor een windturbine met een ashoogte van 35 m.
Bij uitspraak van 3 september 2004, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank Leeuwarden (hierna: de rechtbank) het daartegen door de vereniging "It Fryske Gea" ingestelde beroep gegrond verklaard en het besluit van 24 oktober 2003 vernietigd. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak hebben appellanten bij brief van 5 oktober 2004, 6 oktober 2004 bij de Raad van State ingekomen op dezelfde dag, hoger beroep ingesteld. De gronden zijn aangevuld bij brief van 22 december 2004. Deze brieven zijn aangehecht.
Bij brief van 21 december 2004 heeft het college van antwoord gediend.
De vereniging "It Fryske Gea" heeft gereageerd bij brief van 23 december 2004.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 19 april 2005, waar appellanten, vertegenwoordigd door mr. E. Wiarda, gemachtigde, bijgestaan door ing. B. Dijkstra, en het college, vertegenwoordigd door B. Kroese, ambtenaar van de gemeente, zijn verschenen. Voorts is verschenen de vereniging "It Fryske Gea", vertegenwoordigd door drs. H.J. de Vries, bijgestaan door mr. J. Veltman, advocaat te Groningen.
2.1. Het perceel is ingevolge het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Buitengebied-West" (hierna: het bestemmingsplan) bestemd voor "Agrarische bedrijfsdoeleinden".
Ten tijde van het besluit van 29 november 2001 tot weigering van de op 14 december 2000 aangevraagde bouwvergunning voor een solitaire windturbine stond dat plan op onder meer gronden met deze bestemming de bouw van windturbines met een ashoogte tot 35 m toe en was in de planvoorschriften voorzien in de mogelijkheid vrijstelling te verlenen voor een ashoogte tot 40 m. Bij besluit van 22 januari 2001, in werking getreden op 26 januari 2001 heeft de raad van de gemeente Littenseradiel voor het buitengebied west een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 21 van de WRO genomen. Bij besluit van 4 maart 2003 heeft het college van gedeputeerde staten van Fryslân de op 2 september 2002 door de raad van de gemeente Littenseradiel vastgestelde "Voorschriften bestemmingsplan Buitengebied-West, partiële herziening windenergie" gedeeltelijk goedgekeurd. Ingevolge deze partiële herziening, die op 3 juni 2003 van kracht is geworden, is een windturbine op het onderhavige perceel niet toegestaan.
2.2. Naar aanleiding van het tegen het besluit van 29 november 2001 gemaakte bezwaar heeft het college appellanten in de gelegenheid gesteld het bouwplan aan te passen. Daartoe hebben appellanten, laatstelijk op 17 september 2003, gewijzigde bouwtekeningen bij het college ingediend. Deze bouwtekeningen voorzien in een windturbine van een andere makelij met een ashoogte van 35 m. Het college heeft vervolgens bij de beslissing op bezwaar het besluit van 29 november 2001 herroepen en alsnog bouwvergunning verleend voor het aldus gewijzigde bouwplan.
2.3. Appellanten betogen dat de rechtbank de wijziging van het bouwplan ten onrechte niet van ondergeschikte betekenis heeft geacht en het college derhalve, anders dan de rechtbank heeft overwogen, bij de beslissing op bezwaar het gewijzigde bouwplan terecht heeft getoetst aan het bestemmingsplan zoals dat gold voor de inwerkingtreding van de partiële herziening. Dat betoog faalt.
2.4. Het verschil in hoogte is, ook afgezet tegen de oorspronkelijk beoogde ashoogte van 40 m, zodanig groot dat de windturbine in betekenende mate afwijkt van de turbine die bij de indiening van de bouwaanvraag was voorzien. Gelet op deze gedaantewijziging is sprake van een ander bouwplan. De rechtbank is, zij het op andere gronden, tot hetzelfde oordeel gekomen.
2.5. Gelet op het voorgaande was voor toetsing van het gewijzigde bouwplan aan het bestemmingsplan "Buitengebied Littenseradiel West" zoals dat gold ten tijde van de indiening van de bouwaanvraag geen plaats.
2.6. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak dient met verbetering van gronden te worden bevestigd.
2.7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, Voorzitter, en mr. P.A. Offers en mr. R. van der Spoel, Leden, in tegenwoordigheid van mr. J. Willems, ambtenaar van Staat.
w.g. Slump w.g. Willems
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 15 juni 2005