ECLI:NL:RVS:2005:AT9649
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- K. Brink
- W. van Hardeveld
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake handhavingsverzoek geluidhinder
In deze zaak heeft de Raad van State op 13 juli 2005 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een handhavingsverzoek. Verzoeker had op 18 mei 2005 een handhavingsverzoek ingediend bij de gemeente Heeze-Leende, dat op 15 juni 2005 werd afgewezen. Dit verzoek had betrekking op het indienen van een melding met een akoestisch rapport, zoals vereist door het Besluit inrichtingen voor motorvoertuigen milieubeheer, voor een inrichting op een specifiek perceel. Verzoeker stelde dat er al lange tijd geen adequaat handhavend optreden was tegen de geluidhinder die door de inrichting werd veroorzaakt.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek om een voorlopige voorziening op 1 juli 2005 behandeld. Tijdens de zitting waren zowel verzoeker, bijgestaan door zijn gemachtigde, als de vertegenwoordiger van de gemeente aanwezig. Ook een belanghebbende partij was aanwezig, bijgestaan door een advocaat. De Voorzitter heeft vastgesteld dat er door de gemeente handhavend werd opgetreden, aangezien er lasten onder dwangsom waren opgelegd aan de inrichting vanwege overschrijding van geluidgrenswaarden.
De Voorzitter oordeelde dat verzoeker onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de opgelegde lasten niet effectief zouden zijn en dat er geen spoedeisend belang was bij het verzoek om een voorlopige voorziening. Daarom werd het verzoek afgewezen. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum, 13 juli 2005, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.