ECLI:NL:RVS:2005:AU7557
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- W.C.E. Hammerstein-Schoonderwoerd
- A.J. Kuipers
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake handhaving milieuvergunning
In deze zaak heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Compagnie de Manutention Ro-Ro B.V." (verzoekster) bezwaar gemaakt tegen een brief van het college van gedeputeerde staten van Zeeland (verweerder) waarin werd meegedeeld dat er geen bestuurlijke handhavingsmiddelen zouden worden toegepast met betrekking tot de inrichting van de vergunninghoudster. De verzoekster heeft op 5 april 2005 een brief ontvangen waarin verweerder zijn beslissing kenbaar maakte, naar aanleiding van eerdere correspondentie van verzoekster. De verzoekster heeft vervolgens op 24 oktober 2005 de Voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Dit verzoek werd behandeld op 15 november 2005, waarbij zowel verzoekster als verweerder vertegenwoordigd waren door hun advocaten en ambtenaren.
De Voorzitter heeft overwogen dat de brieven van verzoekster van 21 februari en 14 maart 2005 geen hernieuwd verzoek om handhaving bevatten, maar eerder een verzoek om informatie en een last onder dwangsom. De brief van 5 april 2005 van verweerder kan niet worden aangemerkt als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, omdat het geen afwijzing van een aanvraag betreft. De Voorzitter concludeert dat het bezwaar van verzoekster tegen de brief van 5 april 2005 niet-ontvankelijk is en wijst het verzoek om voorlopige voorziening af. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, mr. W.C.E. Hammerstein-Schoonderwoerd, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Kuipers, ambtenaar van Staat, en is openbaar uitgesproken op 30 november 2005.