ECLI:NL:RVS:2005:AU7580
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.C.K.W. Bartel
- A.M.L. Hanrath
- Rechtspraak.nl
Schorsing van besluit wijzigingsplan Leidse- en Weteringbuurt 1998 door de Raad van State
Op 2 december 2005 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot het wijzigingsplan "Tweede Wijziging bestemmingsplan Leidse- en Weteringbuurt 1998". Dit wijzigingsplan, vastgesteld door de raad van het stadsdeel Amsterdam-Centrum op 31 maart 2005, beoogde het mogelijk maken van inpandige parkeervoorzieningen in de eerste bouwlaag van het pand aan de Keizersgracht 575. Verzoekers, waaronder het Wijkcentrum d'Oude Stadt, hebben tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om schorsing van het besluit van de gedeputeerde staten van Noord-Holland, dat goedkeuring verleende aan het wijzigingsplan.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek op 21 november 2005 ter zitting behandeld. Verzoekers stelden dat het plan in strijd is met de bestemmingsplanvoorschriften en dat onvoldoende rekening is gehouden met de monumentale status van het pand. De Voorzitter overwoog dat het wijzigingsplan niet in overeenstemming is met de criteria voor nieuwe inpandige parkeervoorzieningen aan de grachten, zoals vastgelegd in artikel 9 van de planvoorschriften. Er is geen gebruik gemaakt van een bestaande entree en de gevolgen voor het straatbeeld zijn niet adequaat in de besluitvorming betrokken.
Gelet op deze overwegingen concludeerde de Voorzitter dat het beroep van verzoekers in de bodemprocedure waarschijnlijk gegrond zal worden verklaard. Daarom werd het bestreden besluit geschorst en werd de provincie Noord-Holland gelast het griffierecht aan verzoekers te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige afwegingen bij het verlenen van goedkeuring aan wijzigingsplannen, vooral in gebieden met monumentale panden.