ECLI:NL:RVS:2006:AU9786
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H. Beekhuis
- C. Sparreboom
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake zanddepot Vreehorstweg Winterswijk
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 11 januari 2006 uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoeker, wonend te [woonplaats], had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Winterswijk, dat op 1 december 2005 een verzoek om handhavend op te treden inzake een zanddepot aan de Vreehorstweg had afgewezen. Verzoeker vorderde stillegging van de activiteiten op het zanddepot, omdat er volgens hem overtredingen van de milieuvergunning plaatsvonden en er een risico van verontreiniging van de bodem en het water bestond.
Tijdens de zitting op 2 januari 2006, waar verzoeker en vertegenwoordigers van verweerder aanwezig waren, heeft verzoeker zijn bezwaren toegelicht. Hij stelde dat het terrein vrij toegankelijk was en dat er geen controle was op wat er gestort werd. Verweerder daarentegen betoogde dat de overtredingen inmiddels waren beëindigd, dat er geen verontreinigingen meer waren en dat het terrein niet langer vrij toegankelijk was.
Na beoordeling van de ingediende stukken en het verhandelde ter zitting, concludeerde de Voorzitter dat er geen spoedeisend belang was dat het treffen van de gevraagde voorlopige voorziening rechtvaardigde. Daarom werd het verzoek om de voorlopige voorziening afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 11 januari 2006.